De lepelsnijder van Marjolijn Hof is een boek dat zomaar een klassieker zou kunnen worden. Dat beweer ik niet vaak, de laatste keer dat ik dat deed was met ‘Lampje’ van Annet Schaap, en die is hard op weg om dat waar te maken.
Lepelsnijder gaat over het jongetje Janis, dat samen met een oude man, Frid, boven op een berg woont. Ze wonen daar al heel lang. Janis mag niet van de berg af, want beneden waart ‘…de grote ziekte die slimmer is dan je denkt. Hij kan sluipen en klimmen en springen en hollen en kruipen en zwemmen. Van mens naar mens, van huis naar huis. Hij vreet je neus op en je vingers en de rest.” Frid moet af en toe wel de berg af, om de lepels, die de kleine Janis uit hout snijdt, te ruilen voor eten en om konijnen te vangen. Op een dag komt Frid niet terug. En dan moet Janis wel op pad…. Hij leert de wereld kennen, vol mooie en lelijke verrassingen, vol leugenaars en slechteriken, maar ook met betrouwbare, lieve vrienden.
Ingenieus verhaal; Hof is een geweldige schrijfster. Vijf dikke sterren! Met prachtige tekeningetjes van Annette Fienig. Voor kinderen vanaf een jaar of negen .